30.07.2012, 16:31
.
In hermelijn van reinheid, zilvergazen
Van heil'ge stilte om lippen die niet vraagden,
Waken en wachten, als de Wijze Maagden,
De boomen, blank van sneeuw en nevelwazen.
Beschermend heffen, wen de winden 't waagden
Haar sterrelampen schijnbaar uit te blazen,
Zij plechtige armen, dragend balsemvazen
Voor Hem wiens schreden noode zich vertraagden.
Zoo wachten, in mysterienacht van Leven,
Mijn stilgeduld'ge hoopvervulde Droomen,
In sneeuwig-teedre kleedren zelfgeweven.
Waakt, Droomen, waakt! klaagt niet als de uren loomen,
Voedt trouw uw zielslamp, hoe de vlam moog beven.
De Bruigom komt, zij 't laat, eens zál Hij komen.
In hermelijn van reinheid, zilvergazen
Van heil'ge stilte om lippen die niet vraagden,
Waken en wachten, als de Wijze Maagden,
De boomen, blank van sneeuw en nevelwazen.
Beschermend heffen, wen de winden 't waagden
Haar sterrelampen schijnbaar uit te blazen,
Zij plechtige armen, dragend balsemvazen
Voor Hem wiens schreden noode zich vertraagden.
Zoo wachten, in mysterienacht van Leven,
Mijn stilgeduld'ge hoopvervulde Droomen,
In sneeuwig-teedre kleedren zelfgeweven.
Waakt, Droomen, waakt! klaagt niet als de uren loomen,
Voedt trouw uw zielslamp, hoe de vlam moog beven.
De Bruigom komt, zij 't laat, eens zál Hij komen.