31.07.2012, 19:26
.
De lucht is blank als wit van kinderoogen,
Zacht paerelblank met even zweem van blauw.
Een wilg, verliefde langgelokte vrouw,
Leunt over water, luisterend gebogen,
Met al haar groen najadehaar - en flauw,
In passiegolven, die 't niet rein vermogen,
Weerkaatst het water 't laatste liefdepogen
Der smartewilg, die wanhoopt aan zijn trouw.
O 't klaterwater! sprookjes wil 't vertellen
Van lenteleven op de heuvelhei,
Waar 't forsch ópborr'lende uit zijn bron kwam wellen.
En ál verlangen naar zijn bloemvallei,
Rukt droef de wilg, die 't water wil verzellen,
De wortels bloot waar 't Lot haar vast aan lei.
De lucht is blank als wit van kinderoogen,
Zacht paerelblank met even zweem van blauw.
Een wilg, verliefde langgelokte vrouw,
Leunt over water, luisterend gebogen,
Met al haar groen najadehaar - en flauw,
In passiegolven, die 't niet rein vermogen,
Weerkaatst het water 't laatste liefdepogen
Der smartewilg, die wanhoopt aan zijn trouw.
O 't klaterwater! sprookjes wil 't vertellen
Van lenteleven op de heuvelhei,
Waar 't forsch ópborr'lende uit zijn bron kwam wellen.
En ál verlangen naar zijn bloemvallei,
Rukt droef de wilg, die 't water wil verzellen,
De wortels bloot waar 't Lot haar vast aan lei.